CAS ENKLAAR
Den Helder, 22 april 1943 – Amsterdam, 20 juli 2022
Toneelschool Amsterdam, eindexamen in 1968
1968-1970 Toneelgroep Centrum
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1985
Cas is na zijn vertrek bij Het Werkteater in talloze toneel- en televisieproducties te zien geweest. Hij speelde onder andere bij Baal, Toneelgroep Amsterdam en Carrousel en was betrokken bij een groot aantal Toneelschuur-producties. Bij Carrousel werkte hij vaak samen met regisseur Matin van Veldhuizen en was hij te zien in Het portret van Dorian Gray (1995), Tramlijn begeerte (1997) en Hedda Gabler (1998). Vanaf 1992 maakte hij samen met actrice Els Ingeborg Smits drie voorstellingen als het duo Bas en Elze. Cas maakte al vanaf begin jaren tachtig deel uit van de vaste ploeg van regisseur Theo van Gogh, met wie hij producties als Een dagje naar het strand, Terug naar Oegstgeest, Loos, Vals Licht, In het belang van de staat en Medea maakte. Hij was verder onder meer te zien in de films Flodder, De Bunker, Lang leve de Koningin, Abeltje, AmenesiA, Het woeden der gehele wereld, De vliegende Hollander, Masterclass en Oorlogsrust en in de tv-programma’s Loenatik, Pleidooi, Koefnoen en De dikke man. Ook was Cas regelmatig te zien in vrije producties, waaronder Wilhelmina, Je Maintiendrai (1998, Mette Bouhuis) en de Kleine Zielen (2012, Ger Thijs).
In 2006 nam Cas na het overlijden van Joop Admiraal diens rol over in de herneming van het stuk Uit Liefde.
Over Het Werkteater heeft Cas het boekje Brieven en foto’s: Het Werkteater 1980-1985 geschreven en de solovoorstelling Kattengat 10 (Festival aan de Werf, 1996) gemaakt. In 2008 maakte hij zijn boek Huizen en Herinneringen, een selectie uit zoektocht door meer dan 40 jaar Amsterdam, waarin honderden foto’s gecombineerd werden met zijn ervaringen op die plekken, uitgegeven door Uitgeverij Prometheus. Aan de hand van foto’s van huizen, theaters, de melkboer, een stadspark, de Febo-snackbar, badhuis en sauna, de homoseksuele ontmoetingsplaats in de kelder van het Odeon Theater, cafés en buurtbioscopen schetst hij een beeld van zijn leven, vriendschappen en liefdes.
In 2014 speelde Cas in de voorstelling van het Zuidelijk Toneel Julius Caesar onder regie van Mirjam Koen.
In 2015 werd Enklaar geïnterviewd door Michiel van Erp voor de documentaire over toneelacteurs, ‘De Dingen die Voorbij gaan’.
In 2016 speelde hij in Wilde Eend in de regie van Liliane Brakema, in 2017 speelde hij op Festival Karavaan in de kindervoorstelling ‘Smelt’ van Margo Verhoeven, in 2018 bij Het Zuidelijk Toneel in ‘Liefdesverklaring (voor altijd)’ van Nicole Beutler en Magne van den Berg en in 2019 in Eindspel van Samuel Beckett in een regie van Erik Whien bij Theater Rotterdam.
Een interview uit 2017 met Cas (onder meer) over Het Werkteater is te beluisteren op Radio de Richel.
In zijn laatste jaren had Cas o.a. te maken met Parkinson. In 2022, het jaar van zijn overlijden, speelde hij in mei op het Monologenfestival in de Roode Bioscoop in Amsterdam nog zijn nieuwe eigen monoloog Liefde en Zingenot. En haast tot het laatst bleef hij een fervent theaterbezoeker. Hij overleed enkele dagen nadat hij in juli naar een plek met zorg was verhuisd. Bij zijn overlijden verscheen in de Volkskrant deze schets van Hein Janssen over Cas https://www.volkskrant.nl/cultuur-media/op-een-podium-in-het-theater-bevond-cas-enklaar-zich-in-zijn-wereld-zijn-werkelijkheid~b512e258/
DARIA MOHR
Wassenaar, 10 juni 1946
Toneelschool Amsterdam, eindexamen 1968
1968-1970 Haagse Comedie
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1988
Na haar vertrek bij Het Werkteater speelde Daria een aantal gastrollen, onder andere in de Balie-produktie Schuldig Geboren (1988) en bij het RO Theater in Andorra (1993). Vanaf 1988 kwamen een aantal tweetalige produkties uit in de Nederlandse gebarentaal en in gesproken Nederlands, die Daria samen met Ruud Jansen tot stand bracht. Voor de VPRO was dat de serie ‘De Gebarenwinkel‘, op de zondagochtend uitgezonden in 1989-1990, voor de IKON ‘De gebarenmakers‘ (over de niet-sprekende Trappisten in het klooster van Zundert) en voor algemeen gebruik een serie kinderboeken ‘Alle hens aan dek“, voorgelezen in Gebarentaal en in het gesproken Nederlands . Op het toneel van Klein Carré werd de theatervoorstelling King Kong met groot succes vertoond. De samenwerking met Ruud Janssen is geeindigd maar De Gebarenwinkel in Den Haag is nog actief. Zie ook www.vitaaldenhaag.org
Daria maakte samen met Yolande Bertsch in 2000, op verzoek van de Schouwburg in Utrecht, de voorstelling ‘Eeuwgenoten‘. Op het Landelijk Festival Amateurtheater in Amsterdam werd hiervoor de TOP Theaterprijs toegekend.
In 2000 kreeg Daria de diagnose Multiple Sclerose. Zij is direct een nieuwe weg ingeslagen en heeft zich omgeschoold tot mediator. Ze doet bij voorkeur omgangsregelingen voor kinderen en hun meestal gescheiden en ruziemakende ouders. Het bleek een zeer ongebruikelijke maar goede combinatie te zijn met regisseren en improviseren.
Nu is ze vooral en intensief bezig om, samen met haar zusje Marianne Elshout-Mohr, op basis van veel prachtig materiaal een deel van haar kleurrijke familieverleden op schrift te zetten. Er zijn al diverse publikaties verschenen, o.a. in het Historisch Nieuwsblad en het Tijdschrift voor Slavische Literatuur. Zie bijvoorbeeld deze link naar het historisch nieuwsblad.
FRANK GROOTHOF
Amsterdam, 14 februari 1947
1967-1971 Amsterdams Conservatorium, opera en zang
1972 musical Godspell
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1974-1986
In 1988 maakte Frank samen met René Groothof voor de VPRO de televisieserie Broertjes. Ook richtten zij, in eerste instantie samen, Stichting Vrije Val op. Daarmee heeft Frank in de loop der jaren een groot aantal opera’s en muziekvoorstellingen gebracht, in zijn speciale bewerkingen voor jonge toeschouwers, (waarvan het merendeel op CD is uitgebracht maar ook via bijv. Spotify te beluisteren is), zoals de Mozart-opera’s De toverfluit (1992) en Don Giovanni (1996), en De thuiskomst van Odysseus (1994) van Monteverdi, maar ook bijv. de voorstellingen Gilgamesh en Porgy & Bess. Naast zijn werk voor Stichting Vrije Val is Frank Groothof regelmatig op televisie te zien in de kinderprogramma’s Sesamstraat en Het Klokhuis. Frank maakte voor het van Gogh Museum een kinderboek over Vincent van Gogh en bracht veel van zijn werk uit als bijzonder kinderboek en/of CD.
Frank ontving meerdere nominaties en prijzen voor zijn werk, o.a. 1993 Nominatie Emmy Award in de categorie ‘Performing Arts’ voor zijn ‘Idomeneo’ tv-film en de Zilveren Krekel in de categorie ‘meest indrukwekkende productie 2012’ voor ‘Kees de Jongen, de rockopera’ die hij samen met de popband De Kift maakte. In datzelfde jaar werd hij benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Hij speelde zijn Engelstalige versie van Vincent van Gogh, een leven in schilderijen o.a. ook in Canada (2012) en Moskou (2013).
Vanaf 2015 waren van Frank o.a. de voorstellingen Jazzbabar, Ridder Florian en een Peter en de Wolf (met Klezmer muziek) in de Nederlandse theaters te zien. Vanaf 2018 speelt Frank samen met Gijs Groenteman en Dick van der Stoep met veel succes ‘De Grote Harry Bannink Podcast on tour’. Vanaf 2020 staat ook ‘Circus Charms’ (7+), een voorstelling samen met René Groothof en Ensemble SeaSession op het programma.
GERARD THOOLEN
Oss, 14 februari 1943 – Amsterdam, 12 oktober 1996
Kweekschool in Breda
Na toelatingsexamen afgewezen voor de Toneelschool in Maastricht
1966-1969 Mimegezelschap Kruimels
1968-1969 Theater Terzijde
1969-1970 Gezelschap Will Spoor (mimetheater)
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1980
Gerard Thoolen speelde tot zijn dood in 1996 in talloze theatervoorstellingen en films. Hij vervulde hij bij het Zuidelijk Toneel een gastrol in Het begeren onder de olmen (1992), regisseerde een aantal voorstellingen bij de Theatergroep de Gebroeders Flint, waaronder Johnny I hardly knew you, een solovoorstelling van Fran Waller Zeper (1989) en Alleen in mijn gedichten kan ik wonen (1990). In 1992 maakte hij zijn eigen voorstelling De verruilde waaiers. Enkele van de speelfilms waarin Gerard te zien was zijn onder andere De smaak van water van Orlow Seunke(1982), Het bittere kruid van Kees van Oostrum (1985), De ijssalon van Dimitri Frenkel Frank (1985), Van Geluk Gesproken (1987) en De zondagsjongen (1991) van Pieter Verhoef en De vliegende Hollander van Jos Stelling (1995). In 1996 speelde hij in de tv serie De eenzame oorlog van Koos Tak onder regie van Theo van Gogh. Hij speelde niet alleen in Nederlandse films, maar ook in films van de Britse regisseur Peter Greenaway, A zed and two noughts (1985) en Prospero’s Books (1991). In 1989 speelde hij de rol van kolonel Viljoen in de Amerikaanse film A dry white season van regisseur Euzhan Palcy met onder anderen Marlon Brando.
Gerard won twee gouden kalveren, voor zijn rollen in De Mannetjesmaker van Hans Hylkema en De illusionist van Jos Stelling en werd ook genomineerd voor beste acteur in Van Geluk Gesproken, De Ijssalon en Pervola.
In 1980 speelde Gerard samen met Marja Kok in de speelfilm Het Teken Van Het Beest van Pieter Verhoef. Hij was met Olga Zuiderhoek in het theater te zien in Tenessee Williams’ Een vreemde liefde (1990) Samen met Marja Kok bedacht en regisseerde hij in 1991 de succesvolle Parade-voorstelling Bingo!, die in de jaren daarop een aantal keren hernomen werd. Gerard overleed na ziekte in 1996. Bij zijn begrafenis op Zorgvlied droegen vroegere collega’s van Het Werkteater zijn kist.
Pieter Verhoef maakte, met medewerking van tal van collega’s, vrienden en familieleden van Gerard Thoolen een documentaire over hem, Alles komt ergens van.
HANS MAN IN ‘T VELD
Vlaardingen, 27 september 1945
1969 Oprichting van de Toneelschuur in Haarlem samen met Jan van Galen
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1986
In 1985 werd Hans directeur van de Nes Theaters (Brakke Grond en Frascati) in Amsterdam en was hij verantwoordelijk voor de Vlaamse Golf.
Van 1990 tot 1995 was hij intendant van Kampnagel Internationale Kultur Fabrik in Hamburg, Duitsland, een groot theatercomplex met een internationale programmering, dans- en theaterproductie en een eigen theatergezelschap voor jongeren. Van 1994 tot 2004 was hij artistiek leider van de Regie-opleiding van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten en van 2000 tot 2004 tevens adjunct van de Amsterdamse Toneelschool. Van 2004 tot 2008 was Hans artistiek leider van Tryater in Leeuwarden. Ook was hij samen met Jeroen v.d. Berg o.a. artistiek leider van het Atelier Oerol. Als freelancer speelde hij o.a. in Medea bij het NNT (regie Ola Mafaalani), maakte en speelde hij meerdere producties bij Toneelgroep Dakar, samen met Guido Kleene o.a. Zoals de amoebe naar het licht staart (1999) en Paters in Congo (2001). In 2014 speelde hij, ook o.a. samen met Guido Kleene in de voorstelling Zomertijd. Hans regisseerde o.a. bij DNA (Sabri Saad el Hamus en Steve Hoo), Mimegroep Bambi en bij Toneelgroep Goed Gezelschap (Klemens Patijn en Maurits van den Berg). Daarnaast speelde hij in een aantal films (o.a. Bride Flight) en een korte Franse film (Sous la Neige, regie Aurelian Heraud).
Samen met Shireen Strooker speelde hij in de voorstelling Kniel met je goeie been van Art&Pro, 1998
Hans was docent op de Amsterdamse Toneelschool/Kleinkunstacademie en gastdocent/regisseur o.a. bij Toneelacademie Maastricht, de Theatertroep, de Noorderlingen en een alternatieve toneelschool in Caïro.
In 2015 speelden ATKA studenten op de Parade Hallo Zomergast, dat onder leiding van Hans tot stand kwam en ging Sugar Daddy met Jonata Taal van De Nachtdieren in première, waarvan Hans de eindregie deed. Tevens begeleide hij in 2016 een voorstelling van De Theatertroep, ‘Hoe echt is echt echt’, waaraan door een schrijverscollectief (met Judith Hertzberg) geschreven werd op basis van improvisaties.
Hans is ook zeer actief op het gebied van locatietheater. Zo regisseerde hij in 2016 samen met Klemens Patijn voor het Karavaan festival Drie Zusters in de Bergense duinen en ook regisseerde hij de gelauwerde voorstelling Bleekneusjes o.a. in Bergen aan Zee rond het voormalige Bio Vacantieoord (2017/18).
In 2019 ontving Hans van Victoriefonds Cultuurprijs de prestigieuze Oeuvreprijs (voor kunstenaars die zich op een bijzondere manier in hun vak onderscheiden en een relatie hebben met de regio Alkmaar). Tweede helft 2020 gaat Hans’ nieuwe locatievoorstelling Onze Kersentuin (bewerking Tsjechov door Marlies Bosmans) i.s.m. Guido Kleene en De Karavaan in Driehuizen in première.
HELMERT WOUDENBERG
Elspe (D.), 15 februari 1945 – Amsterdam 23 november 2023
Toneelschool Amsterdam, eindexamen in 1968
1968-1970 Toneelgroep Centrum
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1982
Helmert was na zijn vertrek bij Het Werkteater een seizoen verbonden aan Baal en werd vervolgens artistiek leider van Toneelgroep Theater in Arnhem. Hij heeft meermaals als regisseur of speler bij Theatergroep Carver gewerkt. Hij is werkzaam geweest als regisseur, acteur, schrijver van toneelteksten en docent.
Helmert schreef en speelde bijna 20 solo-voostellingen, waaronder: Zwarte Kunst, Een Avondje Thuis, Milarepa-trilogie (Jeugdjaren, De Torenbouwer, De dood van Milarepa), De Hel, De Hemel, Jezus, De zonen van Jacob, Fortuyn, Waterman, Übermensch, God Vergeeft, Diep verscholen in het Woud en Landverrader. Later volgden o.a. nog ‘Carmiggelt’ (Een collage van Kronkels van Simon Carmiggelt) en ‘Louis Bouwmeester’ . Hij was te zien in de voorstelling Kuyper & Wilhelmina en speelde in de succesvolle voorstellingen ‘Mansholt’ en ‘Gas’ van Toneelgroep Jan Vos.
Hij speelde in verschillende films (Blue Movie, Frank en Eva, Max Havelaar, Dokter Vlimmen, Matterhorn) en was op tv o.a. te zien in Flikken Maastricht.
Hij speelde met Olga Zuiderhoek in Een uur in de wind (van Adriaan van Dis, 1989) en met haar en Peter Faber, onder regie van de schrijver, in Over de Grens van Lodewijk de Boer. Helmert werkte als regisseur van de voorstelling De verbouwing (Carver, 1998) samen met René Groothof en maakte en speelde samen met Marja Kok en Shireen Strooker in 2000 de voorstelling Maarten en Nicolien, naar een boek van J.J.Voskuil. Hij is ook met Marja Kok te zien in de speelfilm Polleke van Ineke Houtman.
Hij heeft talrijke toneelstukken geschreven, waaronder: De Jodenverraadsters, Oscar en Eva, Hannie Schaft, De Olifant en de Duif en De Sultan en de Jood.
Helmert ontwikkelde een eigen acteermethode waarin hij les gaf en die door hem is vastgelegd in het boek Vuur, water, lucht en aarde: een handleiding voor acteren (1999, ISBN 9064035091) dat voor bezoekers van deze site met korting bij de uitgever te bestellen is.
Op 23 november 2023 is Helmert in een filmtheater, waar hij nog even een film wilde zien voordat hij zou afreizen naar Nieuwegein om de voorstelling Blind te spelen, onverwacht onwel geworden en overleden.
Voor nadere informatie over Helmert en zijn voorstellingen zie
HERMAN VINCK
Aalst, 7 juni 1935 – Les Fortunes, 18 oktober 2019
1950-1957 Opleiding tot kunstschilder-beeldhouwer aan het Hoger Instituut Schone Kunsten St. Lukas te Brussel
1955-1958 Toneelschool Brussel (Koninklijk Conservatorium)
1958-1962 Koninklijke Vlaamsche Schouwburg Brussel
1962-1965 Nieuwe Komedie
1965-1968 Ensemble Amsterdam
1968-1970 Toneelgroep Globe
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1988
Herman Vinck was, ook nadat de subsidie aan het Werkteater stopte, eerst nog betrokken bij de nieuwe groep mensen die door ging onder de naam Het Werkteater. Vanaf 1991 woonde en werkte hij in Duitsland waar hij op basis van improvisaties voorstellingen over herkenbare, relevante onderwerpen maakte, voor volwassenen, jongeren en kinderen. Bij het Grips Theater in Berlijn realiseerde hij onder andere Heimat 105 (1992), Kloss im Hals (een collagevoorstelling over eet-stoornissen, 1993), Vorsicht Grenze! (1998) en samen met Eva Blum de voorstellingen Schlag auf Schlag (voor jongeren) en Auf der Kippe (voor kinderen vanaf 8 jaar). Ook regisseerde hij de voorstelling Die Prinzessin in der Schublade (Theater Potzblitz, 2001). Later regisseerde hij regelmatig bij het grootste jeugdmuziektheater gezelschap van Duitsland, ATZE Musiktheater, in Berlijn.
Herman was te zien in diverse TV producties en in de speelfilms Pietje Bell 1 en 2.
Herman Vinck is in 2019 overleden. Hij woonde de laatste jaren nabij Forcalquier in Frankrijk. Hij was daar tot het laatst actief, heeft regisseerde o.a. een opera met een internationaal ensemble en was in 2015 betrokken bij het muzikale spektakel Cartes Postales, waarvan hier als In Memoriam een korte impressie te vinden is.
JOOP ADMIRAAL
Ophemert, 26 september 1937 – Amsterdam, 25 maart 2006
één jaar Kunstnijverheidsschool
de Amsterdamse Toneelschool, eindexamen in 1959
1959- 1960 de Nederlandse Comedie
één jaar buitenland om televisie- en filmervaring op te doen
1961-1971 afwisselend bij toneelgroep Centrum en bij Studio.
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1972-1985
Joop Admiraal maakte vanaf 1987 deel uit van Toneelgroep Amsterdam en heeft bij dat gezelschap in tientallen voorstellingen gespeeld. In Hedda Gabler en Werther Nieland bijvoorbeeld (1990), in Klaagliederen (1994), in de solovoorstelling Joop Admiraal speelt Phèdre (1995), in De Cid (1999) en in The massacre at Paris (2001). In 1998 maakte Admiraal samen met Hans Kesting Vertraagd afscheid, een voorstelling over hypochondrie die gebaseerd was op improvisaties van beide acteurs. In 2005 speelde hij met Arjan Ederveen in Echt iets om naar toe te leven. Joop was o.a. te zien in de speelfilm Ober van Alex van Warmerdam (2006).
Voor U bent mijn moeder ontving Joop zowel de Louis d’Or als de Duitse Adolf Grimme Preis
Samen met Gerard Thoolen speelde hij in De Smaak van Water van Orlow Seunke (1982) en met Marja Kok speelde hij de hoofdrollen in de film Hersenschimmen, geregisseerd door Heddy Honigman (1988). In 2006 overleed Joop plotseling, op 68-jarige leeftijd, aan een hartaanval. Op de dag van zijn overlijden had hij ’s avonds zullen optreden in het toneelstuk Uit Liefde, samen met o.a. Olga Zuiderhoek. Later werd zijn rol in deze voorstelling overgenomen door Cas Enklaar.
Leo Akkermans maakte in 1982 voor de KRO het tv portret van Joop Admiraal Na de voorstelling.
Roos Ouwehand schreef in 2009 een biografie over Joop Admiraal: Eigenlijk ben ik Spaans, dat verscheen bij Nijgh & van Ditmar.
Bij dezelfde uitgever verscheen in 2004 Brieven uit Rome, een bundeling van brieven die Ramses Shaffy en Joop Admiraal tussen 1951 en 1961 vanuit Italie aan hun collega en vriendin Shireen Strooker schreven.
Begin 2014 werd de tv-serie Ramses van Michiel van Erp (AVRO/De Familie) uitgezonden, waarin Joop Admiraal wordt gespeeld door de acteur Thomas Cammaert.
MARJA KOK
Rotterdam, 29 juni 1944
Toneelschool Amsterdam, eindexamen in 1965
1965-1970 Toneelgroep Centrum
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1984
Marja is altijd blijven werken, als actrice, scenarioschrijfster en regisseur. Ze maakte met haar Vereniging Videodrama meerdere films, waaronder de speelfim Zwerfsters (een portret en tevens de laatste (glans)rol van actrice Loudi Nijhoff, 1990), de documentaire Mevrouw, is u van de hemel? (over woon-werkcentrum de Werf voor geestelijk gehandicapten in Amsterdam-Noord, 1994) en in 1996 Mi Wanboi. Ze regisseerde o.a. voorstellingen bij de Jeugdtheatergroep O’Mamarée en De Gebroeders Flint. In 2014 regisseerde ze de voorstelling van Servaes Nelissen en Pieter Tiddens Het Nut van Tantes.
Als actrice was Marja o.a. te zien in de TV-series Hertekamp, Waltz, Levenslied en Dokter Tinus, als de dementerende Elly in de serie Mouna’s Keuken (2016) en in Flikken Maastricht (2018).
In 1981 won ze een Gouden Kalf voor haar rol van Aaltje in Het teken van het beest van Pieter Verhoef.
In 1988 speelde Marja, naast Joop Admiraal, een hoofdrol in de door Heddy Honigman geregisseerde speelfilm Hersenschimmen. Samen met Gerard Thoolen bedacht en regisseerde zij in 1991 de succesvolle Parade-voorstelling Bingo!, die in de jaren daarop een aantal keren hernomen werd.
Samen met Shireen Strooker maakte en speelde zij in 1997 Met Mar en Sien naar 2010, een speelse opvolger van de Werkteater-voorstelling Mar en Sien op Kattengat 10 uit 1978. In 2003 speelde ze met Helmert Woudenberg in de speelfilm Polleke van Ineke Houtman. In januari 2000 ging de voorstelling Maarten en Nicolien in première, een project van Marja Kok, Helmert Woudenberg en Shireen Strooker, gebaseerd op dialogen uit J.J. Voskuils De Moeder van Nicolien. In 2009 speelde zij samen met Cas Enklaar in de voorstelling Amateurs van Rob de graaf en in 2013 samen met Peter Faber in de tv film Het Gouden Huwelijk HUMAN van Paul Ruven. In datzelfde jaar speelde ze met Rense Royaards op het Over het IJ festival de voorstelling Als haaien gegeten hebben, kun je met ze zwemmen.
In samenwerking met Paul Ruven werkte ze in 2013/2014 met Shireen Strooker, die inmiddels te maken had met de ziekte van Alzheimer, aan een derde deel van Mar & Sien, wat resulteerde in de film Mar & Sien – hebben een hele rondvaart gemaakt die op het Nederlands Film Festival 2014 in première ging.
OLGA ZUIDERHOEK
Assen, 16 september 1946
eindexamen amsterdamse toneelschool 1970
1971 -1973 Instituut voor Nederlands Theater,
als actrice gewerkt met de schrijvers Jacoba van Velde, Henk Bernlef en Judith Herzberg
1974 Toneelgroep Baal
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1974-1982
Na Het Werkteater speelde Olga onder meer bij Orkater in Parking (1987) en Een goed hoofd (1991) en bij de De Mexicaanse Hond in Kaatje is verdronken (1993). Ook daarna werd zij veel gevraagd voor voorstellingen van Nederlandse schrijvers (Kees van Kooten, Adriaan van Dis, Jan Donkers, Paul Haenen en Frank Houtappels) Vaak schreven ze een stuk ‘op’ Olga. In Bellevue speelt Olga al jaren samen met Kees Prins de kerstvoorstelling Vrede op aard.
In 2014 speelde ze in Motregenvariaties van Robert Alberdingk Thijm en de rol van Wilhelmina in de musical Soldaat van Oranje.
In 2015 in the Sunshine Boys, regie van Gijs de Lange en de opera Koeien van Misha Mengelberg en met Adriaan van Dis in de toneelbewerking van zijn boek Ik Kom Terug.
Onder regie van Alex van Warmerdam was ze ook te zien in de speelfims Abel (1988), De Noorderlingen (1992) en De jurk (1996). Andere films waarin ze speelde zijn onder meer Theo en Thea en het tenenkaasimperium, Van geluk gesproken, Minoes, Ja zuster nee zuster, HannahHannah, Tiramisu en Penoza, the final chapter en April May June van Wil Koopman.
Op tv speelde ze met Paul de Leeuw in Seth en Fiona en in series als We zijn weer thuis van Wim T. Schippers, Evelien (2006), De Man Met De Hamer (2013), Penoza (2010-2017), De Twaalf Van Oldenheim en de rol van Eeefje Brand in Het Geheime Dagboek van Hendrik Groen (2017-2019).
In 1986 won Olga ‘het gouden hart van Rotterdam’ met Danny en Roberta en in 2007 ‘de Publieksprijs’ met Wie is er bang voor Virginia Woolf in regie van Gerardjan Rijnders. Olga werd genomineerd voor een gouden kalf voor haar rol van moeder in Abel en in 2012 won ze er een voor beste vrouwelijke bijrol in de speelfilm Süskind van Rudolf van de Berg.
Olga speelde met Peter Faber o.a. in Danny en Roberta (regie Lodewijk de Boer, 1986) en met hem in Over de grens (1988) samen met Helmert Woudenberg, met wie ze ook in Een uur in de wind (1989) speelde. In 1991 was ze samen met Gerard Thoolen op tv te zien in Tenessee William’s Een Vreemde Liefde, en ook met hem, in 1996 in De eenzame oorlog van Koos Tak van Theo van Gogh. In 2000 werkte ze met Peter Faber in Bocht en bumpers en met Cas Enklaar in Neverland.In 2005 speelde Olga met Joop Admiraal in ‘Uit Liefde‘ wiens rol na zijn overlijden werd overgenomen door Cas Enklaar.
Olga heeft in 2019 een website gelanceerd met het werk van haar in 2010 overleden levensgezel en jazzmuzikant en componist Willem Breuker en is in 2019 begonnen met het maken van een autobiografische solovoorstelling i.s.m. Kees Prins, die onder de titel ‘Wat er ook gebeurt, er klinkt muziek‘.
Verder maakte Olga met Ingrid Harms een boek over natriumarm eten, Ongezouten Zuiderhoek, op smaak gebracht met tekeningen van Peter van Straaten (Nijgh & van Ditmar).
In 2012 maakte Netty van Hoorn documentaire Het nieuwe huis van Olga Zuiderhoek.
PETER FABER
Schwarzenbach (Duitsland), 9 oktober 1943
Schoenverkoper, bordenwasser, tekenaar, broodbezorger
‘levensgymnasium’
Rol van Oberon in de Midzomernachtsdroom (Tuindorp-Oostzaan)
Mimeschool
Dansen met Koert Stuyf
Regies Studententoneel ism met Shireen Strooker
Clownsvoorstelling Spektakel P&A (ism Adriaan Adriaanse)
Docent theaterschool improvisatie en beweging
tot 1968 repetitor, choreograaf en speler bij Carrousel
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1977
Peter heeft, ook na zijn vertrek bij Het Werkteater, aan een groot aantal speelfilms meegewerkt. Hij was onder andere te zien in Max Havelaar, Soldaat van Oranje (1977), Van de koele meren des doods (1982), Schatjes (1984), Ciske de Rat (1984), Mama is boos (1986), Mijn vader woont in Rio (1989) en Oeroeg (1993). In 2018 speelde hij een grote rol als vader van Fockeline Ouwerkerk in de film Taal Is Zeg Maar Echt Mijn Ding van Barbara Bredero.
Op televisie was Peter onder meer te zien in de Serie Duel in de diepte, Prettig geregeld! (1988-1991) Van Speyk en Levenslied (2012-2013). In 2018 en 2020 werkt hij mee aan het populaire televisieprogramma Beter Laat Dan Nooit, waarin hij met drie bekende leeftijdsgenoten de wereld in trekt.
Peter bleef ook immer actief in het theater. In de jaren tachtig maakte hij een aantal soloprogramma’s. Hij speelde in de theatervoorstellingen Oleanna (1994) en Ja, ja de liefde (1998) en in de musicals De Jantjes, Peter Pan, en De Man van la Mancha. In theaters én huiskamers speelde hij de voorstellingen De Holenman, Dagboek van een Gek, Fabels van Dario Fo en de kindervoorstelling De Kampioen. Op de Parade 2015 was Peter te zien in de muziekvoorstelling Revival en maakte hij de show Hangen of Leven, De Strijdende Dichters. Ter gelegenheid van zijn 75ste verjaardag in 2018 maakte hij in de voorstelling 75 Hoera! waarin hij terugblikt op zijn leven.
Peter gaf les op de Amsterdamse Theaterschool en de Frank Sanders Musical Academie. Peter schreef columns, solovoorstellingen en kinderprogramma’s.
Als acteur werd hij twee maal bekroond met de Louis d’Or, voor zijn rol in Avondrood en voor zijn rol als Max Midland in het stuk Het Koekoeksnest.
Met Olga Zuiderhoek en Helmert Woudenberg speelde Peter in Over de grens (1988), en, ook met Olga Zuiderhoek, o.a. in Danny en Roberta (regie Lodewijk de Boer, 1986) en Bocht en Bumpers (een stuk van Paul Haenen, 2000). Met Marja Kok speelde hij in 2012 in de TV film van Paul Ruven Duivelse dilemma’s: Het Gouden Huwelijk.
In 2008 richtte hij de Peter Faber Stichting op, met als doel: ‘Iedereen, ongeacht achterstand of beperking, de switch laten maken van Destructieve energie naar Creatieve energie.’ Vanuit de stichting werkt hij met politie en zijn team samen aan meerdere succesvolle projecten in het kader van misdaadpreventie en terugkeer van gestraften in de maatschappij. Ook heeft hij sinds enkele jaren het schilderen ontdekt.
RENÉ GROOTHOF
Amsterdam, 19 juni 1949
Academie voor Kleinkunst, eindexamen 1973
1973-1979 mime- en jeugdtheatergroep Carrousel
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1980-1986
René richtte na vertrek bij het Werkteater in 1986 samen met zijn broer Frank de stichting Vrije Val op. De muziektheaterproducties die ze samen maakten – met name opera’s in een speciale bewerking voor een jeugdig publiek – werden vaak door René geregisseerd, of hij verleende regieadviezen. Ook maakten ze samen in 1988 voor de VPRO de televisieserie Broertjes.
Hij was op het toneel onder andere te zien in Blauw uur (Zuidelijk Toneel, 1989), samen met Hakim Traïdia maakte hij de jeugdtheatervoorstelling De kapitein en de kannibaal (1996). Bij Theatergroep Carver speelde hij in De verbouwing en Café Lehmits (resp. 1998 en 2013). In 2006 ontving hij de Gouden Krekel voor de jeugdvoorstelling Meneer Ibrahim en de bloemen van de Koran. Later maakte en speelde hij o.a. het muziektheaterstuk Het Huis van de moskee van Kader Abdolah (regie Aike Dirkzwager) en in 2009 De Tuinen van Herinnering naar de roman van Michel Quint. In seizoen 2013-2014 speelde René de voorstellingen Dali, of hoe word ik beroemd en Ik ben niet bang, waarvan de laatste weer genomineerd werd voor De Gouden Krekel.
In 2015-2016 speelde René de voorstelling De Ring en maakte hij samen met zijn dochter Lisa Groothof de voorstelling Opa, waarom zijn er meer vragen dan antwoorden.
Voor de televisieserie De man met de hoed (Rimco Haanstra, 1992), heeft René de muziek geschreven. Hij werkte veelvuldig met orkesten samen in jeugd- en educatieprojecten, zoals met het Noord Nederlands- en het Residentie Orkest. Met het Max Tak Orkest maakte hij 20000 mijlen onder zee (1998), De dromer (2002) en De reuzen krokodil, waar hij ook de muziek voor componeerde (2006).
Op televisie speelde René o.a. in de jeugdseries Max Laadvermogen en in De freules (Ineke Houtman 1990). Ook speelde hij de hoofdrol in de speelfilm De vliegende Hollander (Jos Stelling, 1995) en was hij te zien in Brammetje Baas (Anna van der Heide 2012).
In 2019/2020 speelt Rene rollen in de succesvolle televisieseries Keizersvrouwen en Oogappels en vanaf 2020 staat ‘Circus Charms’, een voorstelling samen met Frank Groothof en Ensemble SeaSession op het programma.
RENSE ROYAARDS
Schoorl, 9 januari 1938
1964 eindexamen Toneelschool Studio Herman Teirlinck, Antwerpen
1964-1965 De Nieuwe Komedie, Erik Vos, den Haag.
1965-1970 workshops en regies aan het Studententoneel.
1966 opleiding televisieregie Studio Santbergen
1967 – 1970 Regie Literaire Ontmoetingen en Dramaproducties voor de Avro
1970-1984 lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater.
Na Het Werkteater was Rense als schrijver, regisseur en acteur betrokken bij uiteenlopende theaterproducties en was hij docent op de theaterscholen in Utrecht en Amsterdam. Hij werkte in Hamburg, Berlijn en Zürich en maakte reizen naar Midden- en Zuid-Amerika, waar hij workshops en improvisatie-trainingen gaf, theater op straat maakte en onderzoek deed.
In Mexico werkte hij o.a. samen met de Universiteit van Veracruz en op instigatie van de universiteit van Querétaro leidde hij geruime tijd een workshop op een net geopende school in een Otomí(indianen)gemeenschap.
Rense schreef onder andere het toneelstuk Chien Bizarre (1991), over Francisco de Miranda, Venezolaans vrijheidsstrijder, die naar Europa reisde om in de Franse Revolutie te dienen en naar Rusland om het bed met Catherina de Grote te delen en die tenslotte naar zijn vaderland terugkeerde om de bevrijding van Zuid Amerika aan te vangen. Hij ensceneerde Chien Bizarre in Mérida (Venezolaanse universiteitsstad in de Andes) en een Nederlandse versie in de Balie in Amsterdam.
Rense schreef en regisseerde eveneens Prinses van Chichén Itzá, (1993) een toneelstuk over de ongelukkige Belgische prinses, die tot Keizerin van Mexico werd gebombardeerd en t wee jaar later waanzinnig naar Brussel terugkeerde. In 1998 volgde Juana, over de Mexicaanse dichteres Sor Juana Inés de la Cruz, die om haar schrijverschap en zelfstandigheid als vrouw te waarborgen in het klooster ging maar op het toppunt van haar roem door de Kerk het zwijgen werd opgelegd.
Daarnaast regisseerde hij voorstellingen van Karina Holla en Ingrid Kuijpers(o.a. Solo/Duo) en was hij in 1998 mede-oprichter van theatergroep Golden Palace. Bij deze groep speelde hij o.a. in Mannenschool, Feest, Snowbirds, Remboe Village.
Van tijd tot tijd kwam Rense zijn Werkteatercollega’s in het veld tegen. Zo speelde hij in Merg van Judith Herzberg onder regie van Jan Joris Lamers (1986), regisseerde hij Frank Groothof in de Mozart-opera Idomeneo (1990) en speelde samen met Marja Kok op het Over het IJ festival in Als haaien gegeten hebben, kun je met ze zwemmen (2013).
Over zijn reizen schreef hij artikelen voor o.a. de Volkskrant, De Groene, NRC/Handelsblad, Revista Latina, Vrij Nederland en Hollands Maandblad.
Momenteel is Rense bezig een driehonderdtal Franse handschriften, brieven, documenten (daterend van 1620 tot 1850) die hij in een nalatenschap vond, te ontcijferen. Het betreft het archief van een gegoede familie uit de buurt van Cahors. Welk drama of welke romance deze zoektocht zal opleveren, is vooralsnog een verrassing.
SHIREEN STROOKER
‘s-Gravenhage, 22 juli 1935 – Middenbeemster, 19 april 2018
Toneelschool Amsterdam, eindexamen 1957
1957-1959 Nederlandse Comedie
1959-1962 Ensemble
1962-1964 Toneelgroep Theater
1965-1966 Nederlands Kamertoneel Antwerpen
1966-1968 Nieuwe Komedie
1968-1969 Toneelgroep Centrum
1969-1970 Studio
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1985
Shireen Strooker richtte na Het Werkteater een eigen gezelschap op, Stichting Strooker, waarmee ze tot 1995 vooral kleinschalige producties maakte, zoals Ondine (1988) en De Vortex (1991). Daarnaast regisseerde ze als gast, o.a. bij Het Nationale Toneel de voorstellingen Alkestis (1988), Shirley Valentine (met Anne-Wil Blankers, 1988, ook verfilmd, NCRV) en De meiden (1990). Bij van den Endeproducties regisseerde zij Hoog tijd (met Mary Dresselhuys en Johnny Kraaykamp,1991) en Puzzels (1992). Bij theater Cosmic Hallo met God (1996). De cabaretvoorstelingen Adéhadé van Jochem Myjer (2002) en Hoop, Gezeik en Liefde van Hassan’s Angels (2010). Voor de televisie regisseerde zij Daar ben ik weer (2003) en In den beginne (2004) van Bram Vermeulen (RVU).
Als actrice werkte zij o.a. met Mijke de Jong, ze was Omadepoma in de jeugd-televisieserie Ik ben Willem (2002/2009) en ze speelde in haar speelfilm Tussenstand (2007). In 2010 speelde zij in het toneelstuk Mightysociety 7 van Eric de Vroedt.
Shireen heeft regelmatig projecten begeleid van studenten van de Amsterdamse Toneelschool en Kleinkunstacademie.
Met Marja Kok maakte ze de voorstelling Met Mar en Sien naar 2010 (1997); samen met René Groothof regisseerde ze Frank Groothof in Carlos en de uilespiegel (1999) bij Stichting Vrije Val, waar ze ook de regie deed van Gilgamesh en Vincent van Gogh, een leven in schilderijen. Ze speelde met Marja Kok en Helmert Woudenberg in de voorstelling Maarten en Nicolien, gebaseerd op dialogen uit J.J. Voskuils De Moeder van Nicolien (2000).
Toen in 2011 de ziekte van Alzheimer bij Shireen geconstateerd werd zei ze tegen Marja Kok: ‘We moeten er iets mee doen. Iedereen krijgt het. Bij het Werkteater hadden we er een project over gemaakt.’ Het duurde een tijd voordat het duidelijk werd welke vorm dat kon krijgen. In 2013 filmden ze, in samenwerking met Paul Ruven, een derde Mar & Sien project. Deze film ging in september 2014 onder de titel Mar & Sien – hebben een hele rondvaart gemaakt in première op het Nederlands Filmfestival in Utrecht.
Shireen woonde toen al in een particulier wooninitiatief in Middenbeemster, waar ze daarna nog vier jaar een steeds meer teruggetrokken bestaan heeft geleid en in 2018 overleden is. De bevlogen theaterliefhebber en recensent Loek Zonneveld schreef dit In Memoriam over haar in De Groene.
In 1983 gaf Shireen les aan de universiteit van Berkeley, USA. Een verslag van haar ‘methode’ werd vastgelegd in het boek
Actor Training and Audience Response.
In opdracht van het Theater Instituut Nederland schreef Rob van Zalm in 2000 het boek Shireen Strooker – Theatermaker.
Over haar jeugd vertelt zij in Sporen, het ouderlijk huis van Ad Zonneveld, KRO, 1994
Bij uitgever Nijgh & Van Ditmar verscheen in 2004 Brieven uit Rome, een bundeling van brieven die Ramses Shaffy en Joop Admiraal tussen 1951 en 1961 vanuit Italie aan hun collega en vriendin Shireen Strooker schreven
In 2006 verscheen een kort surrealistisch verhaal van Shireen in de Artemis jubileumbundel Mannen Jagen, Vrouwen schieten raak, getiteld O Nee Toch Niet.
Shireen heeft zich altijd als grootste pleitbezorger ingezet voor de Auteursvereniging van het Werkteater om met name de films beschikbaar te houden voor publiek en realiseerde eerder (resp. in samenwerking met de VPRO en de VARA) uitgaven hiervan op VHS en op DVD. Het lanceren van deze website is dan ook voor een belangrijk deel geïnspireerd door haar begeesterde inspanningen de erfenis van het Werkteater blijvend toegankelijk te maken.
YOLANDE BERTSCH
Garoet (Indonesië), 22 april 1942
Toneelschool Amsterdam, eindexamen in 1964
1964-1967 Toneelgroep Centrum
1966-1967 studie aan Ecole Mime Corporelle van Etienne Decroux, Parijs.
1967-1968 Stage bij het Laboratoriumtheater van Jerzy Grotowski te Wroclaw, Polen
1968-1969 Als trainer en regisseur verbonden aan de Beursschouwburg te Brussel.
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1988
Yolande was, ook nadat de subsidie aan het Werkteater stopte, nog enige tijd betrokken bij de nieuwe groep mensen die door ging onder de naam Het Werkteater.
Zij deed gastregies, onder andere bij Teneeter en Artemis, van producties die gemaakt werden in samenwerking met makers, acteurs en schrijvers, zoals Laios, Polyneikes, Heavens Doors, Nagelaten werk en An.
Als actrice was ze te zien in eigen producties en bij het Onafhankelijk Toneel. In 2014 werkte ze mee aan de voorstelling Familieopstellingen die op basis van improvisatie werd ontwikkeld in de regie van Eva Line de Boer.
Vanaf 1982 werkte Yolande ook als gastdocent, bij DNA Amsterdam, Toneelacademie Maastricht, Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten en de Hogeschool voor de Kunst Utrecht. Zij ontwikkelde ook speciale cursussen improvisatie en tekstinterpretatie voor zangers. Deze maakten gedurende vele jaren deel uit van internationale masterclasses: ‘Acting for Singers’ die werden gegeven aan de Jekerstudio te Maastricht. Ook gaf Yolande gastlessen aan de operaklas van het Conservatorium te Amsterdam en werkt ze als coach van zangers.
Samen met Daria Mohr initieerde en realiseerde ze in 2000 in Utrecht de productie Eeuwgenoten, een bundeling van persoonlijke verhalen, herinneringen en verwachtingen van elf vrouwen. Deze voorstelling ontving op het Landelijk Festival Amateurtheater in Amsterdam de TOP Theaterprijs.
In 2006 maakte en speelde zij samen met haar halfzus Frédérique Spigt de voorstelling Lucy In The Sky over het Japanse kampverleden van hun moeder. Ook publiceerden zij samen het boek Kampongkat waarin Yolande’s gedichten gebaseerd op hetzelfde thema te vinden zijn, met tekeningen van Frederique.
In 2003 schreef Yolande samen met Flip Filz Verder Mag Alles, een Handboek voor Ensemble-Improvisatie (ISBN 9789064036347). Op basis van dit boek geeft ze nog steeds gastlessen.
JAN JORIS LAMERS
Amsterdam, 25 maart 1942
1960-1961 Toneelschool Amsterdam, acteursopleiding
1961-1962 Een jaar lezen in Spanje
1962-1966 Tekenen en schilderen aan de Rijksacademie
daarna een aantal zeer uit- eenlopende werkzaamheden, van Bijenkorf-etalages tot amateur-regies
Toneelschool Amsterdam, regieopleiding, eindexamen in 1969
1969 initiatiefnemer van het Werkteater
Lid Coöperatieve Vereniging Het Werkteater 1970-1971
Jan Joris richtte in 1972 samen met anderen Het Onafhankelijk Toneel op in Rotterdam en in 1981 Maatschappij Discordia. Ook stichtte hij in 1992 de Belgisch Nederlandsche Repertoirevereeniging de Vere en in 2006 het coöperatieve Dertien Rijen.
Hij ontwierp daarnaast ook de decors en de belichting voor oa. Anne Teresa de Keersmaeker en Rosas.
In 2009 ontving hij de Wijnberg ScenografiePrijs voor zijn hele (scenografisch) oeuvre. De jury noemde Lamers’ inzichten en opvattingen een grote, bepalende impuls voor het hele Nederlandse toneel.
Een vijf uur durend interview van Ischa Meijer uit 1987 met Jan Joris is hier te beluisteren.
Jan Joris Lamers maakt nog steeds deel uit van het gezelschap Maatschappij Discordia.